In droogmakerij De Purmer komt in de gemeente Purmerend na het bestaande bedrijventerrein nu ook het vervolg ‘Baanstee-Noord’ in ontwikkeling. Het aanzien van het polderland zal om deze reden flink veranderen. Dit vraagt ook hier vanzelfsprekend om een wijziging van de bestemmingen. Aan de Westerweg staan nog drie stolpboerderijen en aan de Edammerweg nog een stolp de aloude polderkarakteristiek te bepalen als vier unieke exemplaren van Noord-Hollands landelijke bouwkunst.
Erfgoed dat wat ons betreft gezien mag worden en dat er thuis hoort. De boeren zijn uitgekocht en al jaren vertrokken, terwijl de gemeente als eigenaar de stolpen anti-kraak laat bewonen. Net als eerder in 2012 probeert de gemeente voor de verdere ontwikkeling de bomen van de windsingels te kappen. Bovendien, zo blijkt uit de tekst in een weggeworpen bijzin, en passant ook vier stolpen te slopen. Een keiharde noodzaak ontbreekt in de ogen van mw. R. Kolkman-van Staveren uit Kwadijk en zij schrijft in een ‘brief op poten’ aan de gemeente dat in eerdere plannen die stolpen juist gespaard zouden worden door integratie van het bedrijventerrein. Zij spreekt van ‘een vernietigende ontwikkeling’. Bovendien gaat de ontwikkeling van Baanstee-Noord nu niet bepaald voorspoedig getuige nog veel braakliggend terrein.
Na verkregen inlichtingen bij de gemeente dient mw. Kolkman een onderbouwd bezwaar in tegen de bomenkap en tegen de sloop van de stolpen. Dat doen ook de Stichting Behoud Waterland en onze Boerderijenstichting.
Het balletje rolt
De actie van mw. Kolkman blijft niet onopgemerkt en leidt bijvoorbeeld tot artikelen in de krant en tot weerwerk in de gemeenteraad. Daar worden vragen gesteld over de gang van zaken en over nut en noodzaak van de aangekondigde maatregelen. Raadsleden Heida en De Boer stellen zich niet alleen kritisch op, maar komen met een motie om de bomenkap en de sloop voorlopig uit te stellen en een onderzoek te laten doen naar de werkelijke bouwkundige staat van de drie stolpen, die in een eerder stadium zelfs als te gevaarlijk voor bewoning werd omschreven. De gemeenteraad neemt intussen de motie aan en de gemeente vraagt de Boerderijenstichting om overleg en advies. Uit eigen visuele inspectie van de betrokken stolpboerderijen blijkt de bouwkundige staat overigens in orde. Een vierkant trotseert moeiteloos meerdere eeuwen en de constructies vertonen aan de buitenkant geen zichtbare mankementen. Zo is er een stolp bij (‘Schouwzicht’, anno 1722) met een karakteristieke darsweeg naar Waterlands model. Deze stolp is monumentwaardig en stond eerder binnen de ontwikkelingsvisie aangegeven voor een nieuwe functie.
Overleg
Met de gemeente is overleg gevoerd waarbij duidelijk is geworden dat de plannen voor bomenkap en sloop voorlopig zijn opgeschort en bij de gemeente ook nu de overtuiging heerst dat van alle betrokken stolpboerderijen de bouwkundige staat goed is. De inzet van de Boerderijenstichting is onder andere een onderzoek naar wensen voor gecombineerd werken en wonen; het kernprincipe van elke stolp. Ligt in deze optie niet juist een uitdaging besloten om van Baanstee-Noord met gebruikmaking van deze cluster stolpen een dynamische en inspirerende locatie te maken? Baanstee-Noord 2.0. Baanstee-Mooi. Als de gemeentepolitiek erin zou slagen op deze mooie plek in de oude droogmakerij de stolpen Westerweg 74 (‘Schouwzicht’), 76 (‘Kraaiveld’) en Edammerweg 4 een geslaagde en ingepaste herbestemming te geven door volwaardige opname in de ontwikkeling van het bedrijventerrein, dan is het provinciale streven voor stolpbehoud mede dankzij lokale inzet op scherp gezet. En kan dit mogelijk groot succes elders in Noord-Holland een lichtend voorbeeld zijn. Stolpen zijn in principe multi-functioneel, ruimtelijk, duurzaam en karakteristiek. Dat is om te gebruiken, niet om weg te gooien. Bovendien is dan deze rubriek opnieuw niet zonder hoop.